4402 JURK MET DECORATIEVE VOOR- en ACHTERPAS
STOFADVIES: natuurlijke of gemengde gemiddeld of zeer rekbaar tricot stof, doorzichtig rekbare stof voor de mouwen en achterpas (tule of kant stof).
ALS DE PATROONDELEN DUBBELE RANDEN HEBBEN, ZIJN ALLE NADEN EN ZOMEN IN HET PATROON VERWERKT,
IN GEVAL VAN ENKELE RANDEN ZIJN DE NADEN EN DE ZOMEN NIET INBEGREPEN.
NADEN EN ZOMEN: zoom - 2,0cm; overige naden - 0,7cm.
LET OP! ALS EERSTE,PRINT DE PAPIEREN PATROONDELEN UIT EN LEG DEZE OP DE STOF (de stofbreedte tussen 90 cm en 150 cm)OM TE BEPALEN HOEVEEL STOF JE NODIG HEBT(vergeet dubbele en symmetrische delen niet).
BIJ HET AAN ELKAAR NAAIEN VAN DE DELEN LET OP DE INZETTEKENS - HOUD DE INZETTEKENS OP ELKAAR!
KNIPPEN:
Basisstof 1:
1. Middenachterpand - 2x
2. Zijachterpand - 2x
3. Middenvoorpand – 1x
4. Zijvoorpand - 2x
5. Achterpandbeleg - 2x
6. Voorpandbeleg - 2x
7. Manchetten - 2x
Stof 2:
1. Voorpas - 1x
2. Mouw - 2x
ADVIES: bij tricot stof te bewerken gebruik een dubbelnaad van een coverglookmachine.
WERKBESCHRIJVING:
1. De deelnaden op het voor en achterpand stikken, afwerken, naar midden strijken.
2. De middenachternaad stikken, afwerken, naar links strijken.
3. De halsrand op de voorpas rimpelen (met de hand of gebruik een rimpel voetje voor je naaimachine). De mouw aan de voorpas stikken, de naad afwerken, omstrijken.
4. Details van het voorpandbeleg met de goede kant op elkaar leggen, rondom de halsrand stikken, de naad netjes inknippen; het beleg keren, omstrijken. Het achterpandbeleg aan het voorpand beleg stikken, de naden openstrijken. Het achterpandbeleg met de goede kant naar buiten door de lengte dubbel vouwen, omstrijken. Verder als een detail bewerken.
5. Het beleg aan de halsrand van de voorpas en de schuine naden van de mouw (die de bovenste deel van de jurk samen vormt) stikken, de naad afwerken, omstrijken.
6. De zijnaden in een keer met de mouwnaad stikken, afwerken, naar achter toe strijken.
7. De korte naden van de manchetten stikken, openstrijken. De manchetten door de lengte met de goede kant naar buiten dubbelvouwen, omstrijken. De manchetten aan de mouw stikken, de naad afwerken.
8. De zoom van de jurk afwerken, naar binnen strijken, doorstikken.