4019 GEDRAPEERDE TRICOT JURK 


Voordat u het patroon uit gaat printen, lees alstublieft het meest gestelde vragen hier: http://maatpatronen.nl/mod-p.php?reg=otvet

Zie een vierkant 10cm x 10cm die op de laatste bladzijde van elk patroon getekend - dat is om de schaal van uitgeprinte patroon te controleren. ADVIES: print eerst de laatste pagina uit om zeker te zijn of de printerinstellingen correct zijn.


STOFADVIES: natuurlijke of gemengde gemiddeld rekbare goed draperende tricot stof.

JE HEBT VERDER NODIG: decoratieve veter.


ALS DE PATROONDELEN DUBBELE RANDEN HEBBEN, ZIJN ALLE NADEN EN ZOMEN IN HET PATROON VERWERKT, 

IN GEVAL VAN ENKELE RANDEN ZIJN DE NADEN EN DE ZOMEN NIET INBEGREPEN.


NADEN EN ZOMEN: zoom - 2,0cm; halsrand, mouwgat en rechter mouwzoom - 1,5cm; naadtoeslag van de tunnels - 0,0cm; overige naden - 1,0cm.


LET OP! ALS EERSTE,PRINT DE PAPIEREN PATROONDELEN UIT EN LEG DEZE OP DE STOF (de stofbreedte tussen 90 cm en 150 cm)OM TE BEPALEN HOEVEEL STOF JE NODIG HEBT(vergeet dubbele en symmetrische delen niet).


BIJ HET AAN ELKAAR NAAIEN VAN DE DELEN LET OP DE INZETTEKENS - HOUD DE INZETTEKENS OP ELKAAR!


KNIPPEN:

Basisstof:

1. Achterpand links - 1x

2. Achterpand rechts - 1x 

3. Voorpand - 1x

4. Zijvoorpand links – 1x

5. Tunnel voor de mouw - 2x 

6. Tunnel voor de deelnaad - 2x 


LET OP! Alle teksten op de patroondelen zijn aan de goede kant aangebracht.


Advies: Gebruik voor het naaien van tricot stoffen een speciaal stiksel voor elastische stoffen of smalle zigzag. Bij het locken de naden op  0.8 cm afsnijden. De zoom wordt met een tweelingnaald afgewerkt om de rekbaarheid van de stof te behouden. 


WERKBESCHRIJVING:


1. De korte naden van de tunnels 1,0cm naar binnen omstrijken, stikken.

De tunnels met de verkeerde kant naar binnen door de lengte dubbelvouwen, omstrijken.


2. Middenachter stikken, afwerken, omstrijken. Verder als een geheel verwerken.


3. De tunnels voor de deelnaad aan de goede kant van het voor- en zijpand volgens markering leggen, afspelden of vastrijgen. Deelnaad in een keer met de tunnels stikken; de naadtoeslag afwerken, omstrijken.


4. Zijnaden stikken; de naadtoeslag afwerken, omstrijken.


5. Linker schoudernaad stikken; de naadtoeslag afwerken, omstrijken.


6. De naadtoeslag van de halsrand en linker armsgat afwerken, naar binnen ingeslagen doorstikken.

De naadtoeslag van rechter mouw op het achterpand bij de markering netjes inknippen. De rechter armsgat en de zoom van de rechter mouw afwerken, naar binnen ingeslagen doorstikken.


7. De tunnels voor de mouw aan de goede kant van het voor- en achterpand volgens markering leggen, afspelden of vastrijgen. De mouwnaad in een keer met de tunnels stikken; de naadtoeslag afwerken, omstrijken.


8. De zoom van de jurk  afwerken, naar binnen ingeslagen doorstikken.


9. Je decoratieve veter eerst door een tunnel van beneden naar boven inrijgen, daarna door de andere tunnel van boven naar beneden inrijgen. De veter aantrekken, de rimpels netjes verdelen (zorg dat de jurk een mooie vorm krijgt en niet zich vervormd) en de veter knopen.