4586 TRICOT JURK ZAKJES


Voordat u het patroon uit gaat printen, lees alstublieft het meest gestelde vragen hier: http://maatpatronen.nl/mod-p.php?reg=otvet

Zie een vierkant 10cm x 10cm die op de laatste bladzijde van elk patroon getekend - dat is om de schaal van uitgeprinte patroon te controleren. ADVIES: print eerst de laatste pagina uit om zeker te zijn of de printerinstellingen correct zijn.


STOFADVIES: natuurlijke of gemengde gemiddeld of weinig rekbaar tricot stof. 


JE HEBT VERDER NODIG: decoratieve sluiting; vliseline voor tricot.


ALS DE PATROONDELEN DUBBELE RANDEN HEBBEN, ZIJN ALLE NADEN EN ZOMEN IN HET PATROON VERWERKT, 

IN GEVAL VAN ENKELE RANDEN ZIJN DE NADEN EN DE ZOMEN NIET INBEGREPEN.


NADEN EN ZOMEN: zoom - 1,5cm; overige naden - 1,0cm.


LET OP! ALS EERSTE,PRINT DE PAPIEREN PATROONDELEN UIT EN LEG DEZE OP DE STOF (de stofbreedte tussen 90 cm en 150 cm)OM TE BEPALEN HOEVEEL STOF JE NODIG HEBT(vergeet dubbele en symmetrische delen niet).


BIJ HET AAN ELKAAR NAAIEN VAN DE DELEN LET OP DE INZETTEKENS - HOUD DE INZETTEKENS OP ELKAAR!


KNIPPEN:

Basisstof:

1. Achterpand - 1x aan de stofvouw 

2. Middenvoorpand - 1x aan de stofvouw 

3. Zijvoorpand - 2x

4. Zaakdeel - 2x

5. Mouw - 2x

6. Achterpandbeleg – 1x

7. Voorpandbeleg - 1x

8. Manchetten - 2x


Vlieseline:

1. Achterpandbeleg – 1x

2. Voorpandbeleg - 1x


Advies: Gebruik voor het naaien van tricot stoffen een speciaal stiksel voor elastische stoffen van smalle zigzag. Bij het locken de naden op 0.8 cm afsnijden. De zoom wordt met een tweelingnaald afgewerkt om de rekbaarheid van de stof te behouden.  


WERKBESCHRIJVING:

1. Details met vlieswline verstevigen.


2. De zaakdeel en het middenvoorpand met de goede kant op elkaar leggen en de zakingang stikken. De rondingen van de naad netjes inknippen. De zaakdeel naar binnen keren, omstrijken. 


3. Het zijvoorpand aan het middenvoorpand op de deelnaden stikken (alsmede de buitenrand op de verkeerde kant van de zaak mee stikken) de naden afwerken. De zijnaad  van de zaak op de zijnaad van het middenvoorpand afspelden of vastrijgen. Verder als een detail bewerken.


4. De figuurnaad op de mouw stikken, afwerken, persen. De mouw aan het voor- en achterpand stikken, de naad afwerken, persen.


5. De zijnaad in een keer met de mouwnaad stikken, afwerken, naar achter toe strijken.


6. De schoudernaden van het voor- en achterpandbeleg stikken, openstrijken. De buitenrand afwerken. Verder als een detail bewerken.

Het beleg en de jurk met de goede kant aan elkaar leggen, rondom de halsrand stikken (een decoratieve sluiting tussen de jurk en het beleg bevestigen). Rondingen van de naadtoeslag netjes inknippen. Het beleg keren, omstrijken. Het beleg aan de raglannaden van de jurk vastzetten.


7. De manchet door de lengte met de verkeerde kant naar binnen dubbelvouwen. De voorste deel van d manchet aan de achterste deel volgens markering leggen, afspelden of vastrijgen. 

De onderkant van de mouw rimpelen - met de hand of gebruik een spatiale rimpelvoetje van je naaimachine. Stik de manchetten dubbel aan de onderkant van de mouw (de rimpels netje verdelen) en werk de naad af. De naad naar mouw toe omstrijken.


8. De zoom afwerken, naar binnen strijken, doorstikken.