4984 CARDIGAN MET SCHUIN ONDERKANT


Voordat u het patroon uit gaat printen, lees alstublieft het meest gestelde vragen hier: http://maatpatronen.nl/mod-p.php?reg=otvet

Zie een vierkant 10cm x 10cm die op de laatste bladzijde van elk patroon getekend - dat is om de schaal van uitgeprinte patroon te controleren. ADVIES: print eerst de laatste pagina uit om zeker te zijn of de printerinstellingen correct zijn.


STOFADVIES: natuurlijke of gemengde mantelstof die niet raffelt of neopreen stof. 


JE HEBT VERDER NODIG: tricot stof van een passende of contrasterende kleur voor de mouw (de mouw kan ook van dezelfde stof gemaakt worden); 3 drukknopen. 


ALS DE PATROONDELEN DUBBELE RANDEN HEBBEN, ZIJN ALLE NADEN EN ZOMEN IN HET PATROON VERWERKT, 

IN GEVAL VAN ENKELE RANDEN ZIJN DE NADEN EN DE ZOMEN NIET INBEGREPEN.


NADEN EN ZOMEN: zoom- en de mouwzoom (als de mouw van dezelfde stof worden gemaakt) – 0,0cm; de mouwzoom (als de mouw van tricot stof worden gemaakt)- 3,0cm; halsrand, middenvoor en onderkan van de kleppen - 0,0cm; overige naden - 1,0cm.


LET OP! ALS EERSTE,PRINT DE PAPIEREN PATROONDELEN UIT EN LEG DEZE OP DE STOF (de stofbreedte tussen 90 cm en 150 cm)OM TE BEPALEN HOEVEEL STOF JE NODIG HEBT (vergeet dubbele en symmetrische delen niet).


BIJ HET AAN ELKAAR NAAIEN VAN DE DELEN LET OP DE INZETTEKENS - HOUD DE INZETTEKENS OP ELKAAR!


KNIPPEN:

Basisstof:

1. Bovenachterpand - 2x

2. Bovenvoorpand - 2x

3. Onderachterpand - 2x

4. Ondervoorpand - 2x

5. Voormouw - 2x

6. Achtermouw - 2x

7. Klep - 2x

Als de mouw van tricot worden gemaakt:

1. Mouw - 2x


Advies: Gebruik voor het naaien van tricot stoffen een speciaal stiksel voor elastische stoffen of smalle zigzag. Bij het locken de naden op  0.8 cm afsnijden. De zoom wordt met een tweelingnaald afgewerkt om de rekbaarheid van de stof te behouden.

WERKBESCHRIJVING:

1. De middenachter van het bovenachterpand afzonderlijk afwerken. Het linker bovenachterpand met de verkeerde kant aan aan de goede kant van het rechter leggen - de markering van middenachter aan elkaar houden en op de goede kant doorstikken. Het onderachterpand op dezelfde manier verwerken.


2. De schouder- en zijnaden van de bovenste delen stikken, afwerken, open persen.


3. De mouw van dezelfde stof verwerken: De voorste naden van de mouw afzonderlijk afwerken. De bovenmouw  met de verkeerde kant aan aan de goede kant van de onderste mouw leggen - de markering van de voorste naad aan elkaar houden en op de goede kant doorstikken. De elleboognaad stikken, afwerken, open persen. De mouw aan de mouwgat zetten, de naadtoeslag afwerken, omstrijken. De onderkant van de mouw afwerken.


De mouw van tricot stof verwerken: De mouwnaad stikken, afwerken, naar achter toe strijken. De mouw aan de mouwgat zetten, de naadtoeslag afwerken, omstrijken. De mouwzoom naar binnen ingeslagen doorstikken.



4. De onderste en zijnaden van de kleppen afwerken. De kleppen volgens markering met de verkeerde kant aan de goede kant van het ondervoorpand leggen, bovenste onafgewerkte rand afspelden of vastrijgen. Verder als een detail verwerken.


5. De zijnaden van het ondervoor- en achterpand afzonderlijk afwerken. 

Het onderachterpand met de verkeerde kant aan aan de goede kant van het ondervoorpand leggen - de markering van de zijnaad aan elkaar houden en op de goede kant doorstikken. 


6. De onderste rand van de bovenste delen afwerken. De bovenste rand van de onderste delen afwerken. De bovenste deel van de mantel  met de verkeerde kant aan aan de goede kant van de onderste deel leggen - de markering van de taillenaad aan elkaar houden en op de goede kant doorstikken. (LET OP: de naadtoeslag van de onderste deel ligt iets naar voor toe).


7. De middenvoor, de halsrand en de onderkant van de mantel in een keer afwerken. 


8. De drukknopen volges markering zetten.